[Inkomend gesprek]
Oei, jammer hoor.
Dat begrijp ik, ja.
Prima, zet maar wat nieuwe data op de mail.
Succes dan, wij zien ons snel.
[Uitgaand gesprek]
Ben jij op kantoor en heb je tijd?
Lunchen, klinkt goed.
Ken ik inderdaad, leuke tent.
Heel fijn, zie ik je over zo’n drie kwartier.
Die 45 minuten had ik niet nodig. Volgens het navigatiesysteem bedroeg de reistijd precies 23 minuten, het werden er tweeëntwintig. Ik nam plaats aan een tafeltje met uitzicht over het zonovergoten dorpsplein en bestelde een jus toen de aardige uitbaatster mij vroeg of ik de lunchkaart wou inzien. Het was er nog betrekkelijk rustig maar omdat ik een plekje in de schaduw verkoos, had ik buren. Hij baas, zij secretaresse. Dat was wat ik zag, dat was wat ik dacht. Het beeld werd bevestigd door het gesprek dat ze voerden. In de zaak stond geen muziek op en ook al deed ik mijn uiterste best om me te concentreren op wat eigen gemaakte aantekeningen, het was haast onmogelijk om niet te horen waar het stel over sprak. De baas en z’n secretaresse. Hij oreerde over quick wins, het borgen van processen en monitoren van eigen medewerkers. Arbeidsgerelateerde kost en hij verloor zich in zijn hiërarchisch zakelijke ik. Toen werd het stil, hij had zijn ‘ding’ blijkbaar gezegd. Maar daar had ik me in vergist. Of er bij haar nog ergens bloed uit liep? Hij vroeg het haar echt! Managers–jargon in pareldrukletters, weerzinwekkend en subliem tegelijkertijd. Stilte, ijzig bijna. Maar ze herpakte zich en liet weten alles onder controle te hebben. Er werd afgerekend en ze vetrokken, ik vermoed dat ze gingen ‘doorpakken’.
Ik en m’n notitieblok, we bleven alleen achter en ik nam het besluit om mezelf hard te pijnigen bij iedere keer dat ik me zou vergrijpen aan van die vage zinnen uit dat zelf-gedichte jargon van het gilde der managers, CEO’s en weet ik wie al nog meer. Ik slaagde er niet in om al mijn aantekeningen te herkauwen want ook mijn afspraak bleek de volle 45 minuten niet nodig te hebben gehad. Er volgde een constructief gesprek. We stippelden een mooie aanvliegroute uit en vonden een kapstok met voldoende haakjes om onze strategische plannen aan op te hangen. Het zou vast goed landen bij de stakeholders. Tevreden namen we een hap van de zoete broodjes die we hadden besteld.
Geef een reactie