Ik zit aan de eetkamertafel met in mijn rechterhand een mok dampende koffie. Links van mijn MacBook een porseleinen schaaltje met de chocolade kransjes die de kerstdagen hebben overleefd. Mams is werken en de kinderen zijn druk met spellen, hun smartphones en vooral met elkaar. Zelf kom ik geen letter verder en het scherm en ik staren elkaar aan, beiden leeg.
Schrijf dan een recensie!
Een bevriende stadsgenoot beval het me bijna, maar het leek me meteen een goed plan. We hadden het allebei gelezen, althans, we zaten er nog midden in. Nog niet uit, niet door te komen ook. We vonden veel van hetzelfde, maar ook waren we het soms niet met elkaar eens. Over het plot bijvoorbeeld. Lag dat aan ons? De perceptie vanuit onze eigen bubble? Waren het de vele inconsequente personages? Waar wilden de schrijvers van deze verhalenbundel heen? We kwamen er niet uit.
Schrijf dan een recensie!
Dat leek dus een goed idee, maar ondertussen is het schaaltje met kransjes leeg en het beeldscherm voor me nog maagdelijk. Waarom was ik het gaan lezen? Het zou over ontmoetingen gaan, zo had ik ergens gehoord. Andere aanbevelende teksten repten over echte vriendschappen. Niet geromantiseerd, maar écht. Dagelijkse gebeurtenissen in een decor van voor eigelijk iedereen herkenbare situaties. Dáárom was ik het gaan lezen. Ik hoopte een prachtig boek te mogen consumeren.
Aanvankelijk voldeed het aan mijn verwachtingen. Pas later kwam de verwarring.
Naar mate dat ik meer las en verder in het verhaal geraakte, realiseerde ik me hoe verbluffend goed en realistisch het geschreven was. Alles kwam er samen; rijk en arm, goed en slecht, minder en meer begaafd. Dat van die ontmoetingen klopte dus. Maar ze werden steeds grimmiger van aard. Er tekenden zich kampen af op verschillende thema’s. Een kamp van tegenstanders en het kamp van tegen de tegenstanders. Ergens vóór zijn bleek lastig voor alle hoofdpersonages. Er was ook een groep die het niet meer wist. Die waaide met iedereen en alles mee en het werd er niet duidelijker op. Wel onvriendelijker; doodsverwensingen aan steeds meer adressen en akelige dingen die ze met de daar woonachtige familieleden moeten doen. Verkrachten of hun huizen in brand steken, zo’n dingen. Ook de gaskamers moesten weer open, zo werd meermaals onder luid gejuich gesuggereerd. Zelfs personages waarmee ik zowaar dacht op eenzelfde golflengte te zitten, begonnen tot mijn grote verbazing lelijke dingen te zeggen.
Ik voel me dus bedrogen door het boek. Misleidt door de flaptekst en bezeikt door vele personages. Niet allemaal, dat zeker niet, maar er zijn er steeds meer die zich laten meeslepen. Steeds meer personages die in de grofst mogelijke taal andere mensen de hel op aarde toewensen. Steeds meer die oproepen tot haat. Steeds meer die vergeten zijn wat de geschiedenis ons heeft geleerd. Het boek is rijk geïllustreerd met vrolijke beelden, dat wel. En ja, er zijn dus ook nog vele goedbedoelende karakters. Gelukkig wel. Maar de groep die de schaamte voorbij is en hun ware aard toont, is groeiende met een zorgwekkend tempo.
De Facebook-editie van 2016 krijgt van mij dan ook één ster. Eén, geen nul. Hoop op beter moet je koesteren. Altijd!
Geef een reactie